De geschiedenis van Holten’s molen

Holten’s Molen aan de Veldstraat 39 in Deurne is de enige molen in West-Europa met een drieledige functie.

Chronologie

Op 25 april 1890 verkochten de landbouwer Andries van Gog en zijn zoon Piet voor 140 gulden aan Louis Holten een perceel bouwland D 1202, groot 3.720 m².
De bakstenen beltmolen werd nog datzelfde jaar op dat perceel gebouwd als korenwindmolen. De benodigde Hinderwetvergunning werd gepubliceerd op 30 april en verleend op 19 juni 1890. Boven de inrijpoort liet de molenaar een stichtingssteen aanbrengen met de inscriptie LOUIS HOLTEN 1890,
Uit concurrentieoverwegingen werd al spoedig besloten om ook olie te gaan slaan. Op 6 april 1893 werd de Hinderwetvergunning verleend voor het inrichten van een oliemolen.
Nadat op 11 oktober 1909 daartoe een Hinderwetvergunning was verleend, sloot men de molen aan op een boomzaag in een houten schuur naast de molen. Hierdoor ontstond de unieke situatie dat de molen drie functies tegelijk had.
Bij een openbare veiling op verzoek van Eduard Jacobus Adolphus Bouschoete, administrateur in ‘s-Gravenhage, als lasthebber van jonkvrouw Henriette Maria Rudolphina Fagel, douairière van Theodore Baron de Smeth van Deurne, kocht Louis Holten op 17 maart 1925 het aangrenzende noordelijke perceel bouwland D 1201, dat tot 1 oktober van dat jaar gehuurd werd door H. Munsters.
Op 10 mei 1926 kregen de gebroeders Holten vergunning tot het plaatsen van een ruwoliemotor op hun perceel D 1202.
In 1942 werd de molen voorzien van stroomlijnwieken. Hierdoor was het mogelijk met veel minder wind te malen.
Vanaf 1960 werd de molen niet meer gebruikt, waarna verval snel toesloeg.
De molen werd op 16 maart 1971 door brand verwoest.
Op 23 december 1971 vroeg Louis Holten aan het gemeentebestuur toestemming tot gedeeltelijke sloop van de molen.
Vanaf 1990 ontfermt Stichting Holten’s Molen zich over de molen.
In 1993 werd de molen voor het symbolische bedrag van één gulden door de gemeente overgedragen aan de Stichting Holten’s Molen. De stichting kreeg er een cheque bij van 25.000 gulden, waarmee de restauratie ter hand kon worden genomen. Dit gebeurde onder leiding van de Veldhovense molenbouwer De Jongh.
In 1998 was de molen weer hersteld als koren- en oliemolen. Tijdens een feestelijke bijeenkomst werd na een toespraak door Carla Berkers-Holten, dochter van Louis Holten, de molen officieel opnieuw in gebruik genomen.
In 2000 trad Carla Holten, als gediplomeerd vrijwillig molenaar, toe tot het Gilde van Vrijwillige Molenaars in Noord-Brabant.
In januari 2006 kende het Nederlandse Gilde van Vrijwillige Molenaars de Evert Smit-biotoopprijs toe aan Houthandel Holten omdat bij de herinrichting van het terrein rekening gehouden was met Holtens molen.
In maart 2012 opende wethouder Jasper Ragetlie een winkel bij de molen waarin onder meer molenproducten als meel en olie verkocht worden.
In 2021 vroeg de gemeente voor de Stichting Holten’s Molen om de kap van een 40-tal, later een 20-tal, 40 jaar oude eiken in de onmiddellijke omgeving van de molen omdat die door hun windvang extra slijtage aan het molenmechaniek veroorzaakte. Daarmee kwam de stichting in conflict met Stichting Boombelijd, die een rechtszaak aanspande en in 2024 won.

De wieken

De wieken hebben een vlucht van bijna 26 meter. Ze zijn voorzien van een speciale stroomlijn neus waardoor de kracht geweldig toeneemt. De wieken drijven via een koningsspil zowel de korenmolen, het olieslagwerk en de zagerij aan.
In 2024 werden de wieken na een grondige inspectie afgekeurd de lasnaden gebreken vertoonde waardoor het niet langer verantwoord was om alle functies op de wind te gebruiken. Met name de lasnaden bij het kruis hadden de meeste schade opgelopen.

Geschiedenis in jaartallen